Vrijdag 13 september
Emily en ik hadden afgesproken om met Nico mee te rijden en na het opladen van 3 toerkano’s vertrokken we richting Winsum (Noord Groningen, niet ver van de Waddenzee en Pieterburen). We reden door de polder en na ca. twee en half uur kwamen we aan op de camping, waar Alet en Bart ons ontvingen. Liesbeth was al eerder aangekomen en was met de trein naar Groningen geweest. Voor de aanwezigen zou er gekookt worden, dus gingen Liesbeth en ik nog even boodschappen doen in de stad. Diverse mensen hielpen bij de voorbereiding en Liesbeth heeft heerlijk gekookt. S’avonds laat stroomden de laatste mensen nog binnen.
Zaterdag 14 september : Zonnig en een beetje wind
We waren met een grote groep van 16 mensen, waaronder een roeier met zijn vriendin. Een groep van 4 mensen (Bart, Nico, Wendy en Wilfred gingen een langere tocht varen (40 km) en de overige 12 gingen 20 km varen. Het was heerlijk zonnig weer en er stond niet te veel wind. Na een mooie toeristische tocht kwamen wij aan in het plaatsje Onderdendam. Na het afladen van alle kano’s, werden de kano’s te water gelaten en begon de tocht.
Het was een mooie tocht met een aantal oversstapplaatsen, waar we moesten uitstappen en de kano’s overdragen naar de het volgende instappunt. Al vrij snel zagen we mooie houten windmolens (een Groningse uitvinding), die uit o.a. hele mooie houten bladen bestond. Onderweg kwamen we een kudde koeien tegen die op hol sloegen en een jonge stier werd wel heel erg enthousiast. De lunch in het zonnetje was in het plaatsje Rottum naast een plaquette over een klooster wat daar had gestaan. We gingen weer varen en voeren door de plaatsjes Doodstil, Middelstum en Fraamklap. In Middelstum stond de nicht van Lydia ons op te wachten en fietste een eind mee. Aangekomen bij een sluis moesten we wachten tot deze openging.
Terwijl de sluis langzaam omhoog kwam, zagen we een heleboel mosselen op de sluisdeur en we zagen hoe langer hoe meer mosselen zich ontdoen van water door kleine straaltjes uit te scheiden, hetgeen een komisch gezicht was. Uiteindelijk kwamen we terug in Onderdendam. Op de camping teruggekomen gingen we lekker douchen en s’avonds gingen we lekker uit eten bij “De Jongens uit de buurt”.
Zondag 15 september: Bewolkt en winderig
Na een heerlijk nachtrust en een lekker ontbijt waren er weer 2 groepen, 4 mensen deden een langere tocht (30 km) en vijf mensen voeren een tocht van 15 km. De overige mensen gingen of terug naar huis of wandelen bij het Lauwersmeer. De zon werd erg gemist, maar het bleef tenminste wel droog.
Onze groep voer eerst naar een kanostuw, hier kun je zelfstandig met je kano door, zonder dat de sluis opengaat. Na de stuw kwamen we op het Reitdiep en op het Aduarderzijl ontmoette we de tante van Lydia (haar dochter hadden we gisteren al ontmoet). Ook zij fietste een stuk mee. We voeren door Feerwerd en voor onze lunch stopte we in het plaatsje Ezinge (de geboorteplaats van Alet). De tante van Lydia trakteerde ons op Groningse Koek, die ons prima smaakte. Na de lunch liepen we door Ezinge en hebben de plaatselijk Kerk en de begraafplaats bekeken. Hierna hebben we ook het Museum Wierdenland bezocht met een vaste expositie over het ontstaan en de geschiedenis van Ezinge. Vroeger bouwde men heuvels en die werden steeds groter doordat men etensresten stortte en dit was ontzettend vruchtbaar en jaren later werd dat weer afgegraven om de grond vruchtbaarder te maken. Na de uitvinding van de kunstmest stortte deze industrie in.
Wij vervolgden onze tocht verder via Schouwerzijl en bij het gemaal Schaphalsterzijl gingen we weer door de kanostuw en voeren terug naar Winsum. Na een heerlijke douche reden we weer naar huis en kwamen we om ca. 18.00 uur weer aan bij de club. De kano’s werden opgeruimd en we gingen moe maar voldaan weer naar huis. Na een lekkere douche plofte in op de bank neer en s’avonds heb ik heerlijk geslapen in mijn eigen bed.